
Lêsline
Groep 3-4
Met de Lêsline voor groep 3-4 doe je meer met (technisch) lezen in het Fries. Reis met de leerlingen langs alle Lêslinestations. Keimpe de Krokodil leert de leerlingen in alle lessen een Friese ‘letter’ aan.
Didactiek
Het accent ligt op het lezen van het Fries
De Lêsline gaat uit van wat leerlingen al hebben geleerd over het lezen van het Nederlands. Daarom staat het aanleren van de Friese ‘letters’, de extra klanken en leestekens die het Fries rijk is, centraal.
Het leren lezen van de Friese ‘letters’ wordt geoefend in verschillende contexten, zoals verbindoefeningen, luisteropdrachten, korte teksten, flitskaarten en spelletjes.
Laat leerlingen samen hardop lezen
Voor de Lêsline zijn verhaaltjes geschreven die samen hardop gelezen kunnen worden, want samen lezen motiveert. Daarnaast leren leerlingen kritischer te zijn op wat ze zelf lezen en hardop verklanken in het Fries.

De avonturen van zes kinderen, een hond en een kat
De verhaaltjes in de Lêslinelessen gaan over zes kinderen, een hond en een kat. Aan de hand van de avonturen die die personages meemaken, wordt het lezen van het Fries geoefend. Zo leren leerlingen Fries lezen vanuit hun eigen belevingswereld.
Organisatie
Start met de Lêsline als leerlingen er aan toe zijn
Start met de Lêsline als de elementaire leeshandeling wordt beheerst. Bijvoorbeeld halverwege groep 3 of aan het begin van groep 4, als de leerlingen een jaar leesonderwijs gehad hebben. Leerlingen kunnen ook individueel met de Lêsline starten, as ze er aan toe zijn.
Stap in met een startles
In de startles worden de leerlingen zich ervan bewust dat ze met alles wat ze al hebben geleerd over het lezen in het Nederlands, ook al heel veel Fries kunnen lezen. Daarnaast maken de leerlingen kennis met Keimpe de Krokodil, de zes kinderen, de hond en de kat.

Een les bestaat uit vier onderdelen
Alle lessen beginnen met een herhaling van de ‘letter’ uit de vorige les. In de introductie die volgt wordt de nieuwe ‘letter’ aangeboden met behulp van een woordenlijst. Dan gaan de leerlingen met een aantal opdrachten aan de slag waarin het lezen van de nieuwe ‘letter’ centraal staat. In de afsluiting van de les kunnen de woorden met de nieuwe ‘letter’ nog een keer beluisterd en gelezen worden.
Opbouw
Inhoud
Organisatie
Witst it noch?
Woordenlijst met ‘letter’
voorgaande les
Klassikaal of zelfstandig
Introductie
Uitleg
Woordenlijst
Letterkaart (ophangen)
Klassikaal of zelfstandig
Oefenen
Verschillende contexten
Zelfstandig
Dit wie dizze les
Woordenlijst met ‘letter’
deze les
Klassikaal of zelfstandig
Een losse Lêslineles kost 20-30 minuten. De tijd die een les kost is natuurlijk ook afhankelijk van jouw aanpak.
Keimpe de Krokodil geeft instructie
Keimpe de Krokodil geeft in alle Lêslinelessen instructie over de ‘letter’ die wordt aangeleerd en de opdrachten die daarbij horen. Door aansprekende illustraties en audio-instructies in het Fries én Nederlands kunnen leerlingen zelfstandig met de lessen aan de slag.
Aandacht voor klassikale interactie
Zoek de klassikale interactie in de introductie of afsluiting van de les. Gebruik Keimpe zijn korte uitleg, de bijpassende woordenlijsten en de letterkaarten die je kunt ophangen in de klas. Verken zo met elkaar de nieuwe Friese ‘letter’ en oefen nog eens wat eerder geleerd is.
Evaluatie
Krijg inzicht in wat leerlingen doen
Bekijk in het resultatenoverzicht hoe de leerlingen werken aan de opdrachten in de Lêslinelessen en bij welke Friese klanken en leestekens leerlingen nog hulp nodig hebben.
Vier tussentijdse evaluatiestations
Na vijf lessen volgt er steeds een tussentijdse evaluatie. Deze ‘evaluatiestations’ bestaan uit ‘Dit kin ik al!’-opdrachten die de leerlingen digitaal maken en een ‘Dit kin ik al lêze!’-opdracht die je als leerkracht afneemt op papier. Met deze methodegebonden evaluaties krijg je een goed beeld van de individuele Friese leesontwikkeling van de leerlingen.
